Magere Hein
Niet te verwarren met: magere hein |
- Geluid: Magere Hein (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmaɣərəˈhɛɪn / (5 lettergrepen)
- Ma·ge·re Hein
- verbinding van magere en Hein [1]
enkelvoud | bezitsvorm | meervoud | |
---|---|---|---|
naamwoord | magere Hein | magere Heins | - |
verkleinwoord | - | - | - |
Magere Hein m
- (persoon) verpersoonlijking van de dood, voorgesteld als leven skelet, soms gehuld in een donker gewaad of met een zeis als attribuut
- ▸ Wielrennende vijftigers zijn een plaag. Vroeger kocht een man een sportauto bij zijn midlifecrisis, nu een racefiets. Denken ze Magere Hein uit het wiel te rijden?[2]
- Dood
- man met de zeis
1. verpersoonlijking van de dood
- Het woord Magere Hein staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Coen van Zwol“Hard wegfietsen voor Magere Hein” (13 mei 2015) op nrc.nl