ISO 639-3
hit
bestand
  • Het·ti·tisch
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Hettitisch - -
verkleinwoord - - -

het Hettitischo

  1. geen meervoud (taal) dode taal die in het huidige Turkije werd gesproken (De Hettieten zijn een antiek volk dat een Indo-Europese taal sprak, en een koninkrijk stichtte rond de stad Hattusa (het tegenwoordige Boğazkale in noord-centraal Turkije))
    • Ik spreek geen Hettitisch.