• Ame·ri·kaans

Amerikaans

  1. (demoniem) betreffende of komende van Amerika
    • “Als ik in Nederland zie hoeveel sociale-huurwoningen er zijn, hoeveel sociale zekerheid er is, hoeveel publieke fora er voor debat zijn, dan stemt dat mij hoopvol dat er andere samenlevingen mogelijk zijn dan de Amerikaanse[1] 
     De Franse oud-president Hollande riep vorige maand op Amerikaanse onderzoekers zo snel mogelijk langdurige visa te verlenen. Volgens hem is dat ook nodig omdat overal landen nu proberen Amerikaans toptalent binnen te halen. "We moeten snel zijn", aldus Hollande.[2]
     ‘Bent u Engels of Amerikaans?’‘Half Engels. Mijn vader komt uit Wenen. Hij is getrouwd met mijn moeder, die Engels is, maar denkt dat ze op Sunset Boulevard is geboren.De afgelopen paar jaar hebben we in Londen gewoond.’[3]
  1. www.parool.nl (24 jan 2025)
  2. Bronlink geraadpleegd op 6 mei 2025 Weblink bron
    Frank Renout
    “Europa: 600 miljoen euro om Amerikaanse wetenschappers aan te trekken” (5 mei 2025), NOS
  3. Jessie Burton (vert.Marja Borg)
    “De muze” (2017), Luitingh-Sijthoff op Wikipedia, ISBN 9789024574704