• zorg·zaam

zorgzaam

  1. met de nodige zorg
  2. geneigd tot het verlenen van zorg aan anderen
    • De zorgzame verpleegkunde was zeer vriendelijk tegen haar oude patiënt.  

zorgzaam

  1. met veel liefdevolle aandacht
     In een rolletje, naast zijn zadel, hing een oude paardedeken. En die legde hij zorgzaam om de schouders van Sinterklaas.[1]
    • "Het was een fijn werk en al deden zijne vingers het ook nog zoo zorgzaam, toch was het eene pijnlijke behandeling, die zij onderging. Maar zijne teederheid deed haar de pijn vergeten."[2] 
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[3]
  1. “Het hele jaar rond: van Sinterklaas tot Sintemaarten” (1973), Lemniscaat op Wikipedia, p. 13
  2. Louis Couperus (1890), Eline Vere.
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be