yield
- Audio (US) (hulp, bestand)
- IPA: /jiːld/
Naar frequentie | 3339 (werkwoord) |
---|
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to yield |
he/she/it | yields |
verleden tijd | yielded |
voltooid deelwoord |
yielded |
onvoltooid deelwoord |
yielding |
gebiedende wijs | yield |
yield
- verlenen van bijv. voorrang
- «Yield the right of way to pedestrians.»
- Verleen voorrang aan voetgangers.
- «Yield the right of way to pedestrians.»
- toegeven, zich overgeven, capituleren, voldoen aan een gestelde eis
- «They refused to yield to the enemy.»
- Zij weigerden zich over te geven aan de vijand.
- «They refused to yield to the enemy.»
- opbrengen
- «Historically, that security yields a high return.»
- Dat aandeel heeft altijd veel opgebracht.
- «Historically, that security yields a high return.»
- (juridisch): de huidige opbrengst van een aandeel of obligatie als een percentage van de prijs ervan.
- (wiskunde): het voortgebrachte resultaat.
- «Completing the mathematics correctly yields a result of five.»
- Een wiskundig juiste uitwerking levert vijf op als resultaat.
- «Completing the mathematics correctly yields a result of five.»
Naar frequentie | 4040 (naamwoord) |
---|
enkelvoud | meervoud |
---|---|
yield | yields |
yield
- opbrengst
- «Zucchini plants always seem to produce a high yield of fruit.»
- Courgetteplanten schijnen altijd een grote vruchtopbrengst te leveren.
- «Zucchini plants always seem to produce a high yield of fruit.»