verzekeringsmakelaar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·ze·ke·rings·ma·ke·laar
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van verzekering zn en makelaar zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verzekeringsmakelaar | verzekeringsmakelaars verzekeringsmakelaren |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de verzekeringsmakelaar m
- (financieel) een tussenpersoon die actief is op de assurantiebeurs
- In Nederland zijn nog nauwelijks schadeclaims ingediend na de cyberaanval van dinsdag: Dat meldt BNR na een rondgang langs een aantal grote verzekeringsmakelaars.[1]
- FIOD en OM onderzoeken minstens acht concerns die mogelijk steekpenningen toestopten aan ex-topman Gerhard M. van verzekeraar HDI. Onder hen zijn bekende ondernemingen als verzekeringsmakelaar AON en kantoorinrichter Ahrend, bericht het FD woensdag.[2]
- Bedrijven lopen wereldwijd meer risico's door terreur en politiek geweld. Dat blijkt uit de zogeheten Terrorism & Political Violence Map van risico-adviseur en verzekeringsmakelaar Aon die woensdag naar buiten kwam.[3]
Synoniemen
Vertalingen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord verzekeringsmakelaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.