verwachting
- Geluid: verwachting (hulp, bestand)
- IPA: / vərˈwɑxtɪŋ / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /vər.ˈʋɑχ.tɪŋ/
- (Vlaanderen, Brabant): /vər.ˈβ̞ɑx.tɪŋ/
- (Limburg): /vɛr.ˈwɑx.tɪŋ(g)/
- ver·wach·ting
- Naamwoord van handeling van verwachten met het achtervoegsel -ing [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verwachting | verwachtingen |
verkleinwoord | verwachtinkje | verwachtinkjes |
de verwachting v
- datgene wat verwacht wordt
- De verwachting is uitgekomen.
- Voldoen aan verwachtingen is niet altijd makkelijk.
- ▸ De verwachting is dat donderdag voor het eerst de krachtsverhoudingen tussen de klassementsrenners zichtbaar worden. Het is zeven kilometer klimmen naar 1148 meter en er zitten huiveringwekkende stijgingspercentages tussen, van boven de 20 procent.[2]
- ▸ Rijkswaterstaat heeft vervanging gezocht. "Het is altijd even puzzelen. We hopen hem snel weer open te zetten", zei de woordvoerder. Rijkswaterstaat verwachtte eerder vanochtend dat de tunnel rond 08.00 uur weer open zou gaan, maar dat is niet gelukt. Later stelde Rijkswaterstaat die verwachting bij naar 09.00 uur.[3]
In verwachting.
|
- Het woord verwachting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verwachting" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ verwachting op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron
Rob Gollin“De helling van de mooie meisjes knijpt de renner de keel dicht” (10 juli 2019), de Volkskrant - ↑
Weblink bron “Ketheltunnel dicht tijdens ochtendspits vanwege ziekmeldingen, inmiddels weer open” (16 mei 2022), NOS
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be