ultramontaan
- Geluid: ultramontaan (hulp, bestand)
- IPA: / ˌʏltramɔnˌtan / (4 lettergrepen)
- ul·tra·mon·taan
- via Italiaans ultramontano van Latijn ultra montes "voorbij de bergen", omdat Rome, zetel van de Paus zich voorbij de bergen, namelijk de Alpen, bevindt; in de betekenis van ‘extreem pausgezinde’ aangetroffen in het jaar 1825 [1] [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | ultramontaan | ultramontaner | ultramontaanst |
verbogen | ultramontane | ultramontanere | ultramontaanste |
partitief | ultramontaans | ultramontaners | - |
ultramontaan
- (politiek) (historisch) steun gevend aan of horend bij het katholicisme als politieke stroming
- (religie) (rooms-katholiek) de autoriteit van de paus benadrukkend
- (figuurlijk) zeer toegewijd aan de paus
- De ultramontaane priester citeerde de Paus vaak in zijn preken.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ultramontaan | ultramontanen |
verkleinwoord | - | - |
de ultramontaan m
- (politiek) (historisch) aanhanger van het politiek katholicisme
- (religie) (rooms-katholiek) iemand die de autoriteit van de paus benadrukt
- (figuurlijk) gedreven aanhanger van de paus
- Het woord 'ultramontaan' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.