supernova
- su·per·no·va
- In de betekenis van ‘ster die met grote helderheid explodeert’ voor het eerst aangetroffen in 1955 [1]
- Afgeleid van nova met het voorvoegsel super-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | supernova | supernovae supernova's |
verkleinwoord | supernovaatje | supernovaatjes |
de supernova v
- (astronomie) het verschijnsel waarbij een ster op spectaculaire wijze explodeert
het verschijnsel waarbij een ster op spectaculaire wijze explodeert
- Het woord supernova staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "supernova" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "supernova" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- su·per·no·va
enkelvoud | meervoud |
---|---|
supernova | supernovas/supernovae |
supernova
enkelvoud | meervoud |
---|---|
supernova | supernovas |
supernova v