solozang

Nederlands

voor 1:08 koorzang vanaf 1:08 solozang

Uitspraak

• Geluid:  solozang    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• so·lo·zang

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  solo zn  en  zang zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	solozang	solozangen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

solozang m

1. gezang door één persoon

   • ”Jesus bleibet meine Freude” van Bach is op musicalion.com te vinden in achttien varianten. Instrumentaal en vocaal, of een combinatie daarvan. Voor koor of solozang. Koralen en bewerkingen. Voor orgel, blokfluit, gitaar of viool. Eenvoudig, voor gevorderden, of daartussenin. 
   • In Roden startte de dirigent in ruste in 2012 de Koor en Solozang Academie (KSA), een praktijkgerichte opleiding voor zangers vanaf 7 jaar. 

Synoniemen

• alleenzang, aria

Antoniemen

• koorzang, samenzang

Afgeleide begrippen

• solozanger, solozangeres

Vertalingen

    1.   

Engels: solo song (en), solo singing (en)

Gangbaarheid

• Het woord solozang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "solozang" herkend door:

96 %	van de Nederlanders;
97 %	van de Vlamingen.