schorriemorrie
- Geluid: schorriemorrie (hulp, bestand)
- IPA: /sxɔriˈmɔri/
- schor·rie·mor·rie
- In de betekenis van ‘uitschot’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1698 [1]
- Herkomst: Bargoens [2]
het schorriemorrie o
- (Jiddisch-Hebreeuws), (scheldwoord) verdorven/laag-bij-de-gronds volk
- Weg met dat schorriemorrie!
- Het woord schorriemorrie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schorriemorrie" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "schorriemorrie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be