pulveriseren/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van pulveriseren
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		pulveriseren			te pulveriseren
	toekomend		zullen pulveriseren			te zullen pulveriseren
voltooid	tegenwoordig		hebben gepulveriseerd			te hebben gepulveriseerd
	toekomend		gepulveriseerd zullen hebben			gepulveriseerd te zullen hebben
	onvoltooid deelwoord		voltooid deelwoord			gebiedende wijs		aanvoegende wijs
	pulveriserend		gepulveriseerd			ev. pulveriseer	mv. verouderd pulveriseert	pulverisere
aantonende wijs	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij, ge	hij, zij, het	wij, we	jullie	zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.)	pulveriseer	pulveriseert	pulveriseert	pulveriseert	pulveriseert	pulveriseren	pulveriseren	pulveriseren
verleden (o.v.t.)	pulveriseerde	pulveriseerde	pulveriseerde	pulveriseerde	pulveriseerde	pulveriseerden	pulveriseerden	pulveriseerden
toekomend (o.t.t.t.)	zal pulveriseren	zult/zal pulveriseren	zult/zal pulveriseren	zult pulveriseren	zal pulveriseren	zullen pulveriseren	zullen pulveriseren	zullen pulveriseren
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou pulveriseren	zou pulveriseren	zou(dt) pulveriseren	zoudt pulveriseren	zou pulveriseren	zouden pulveriseren	zouden pulveriseren	zouden pulveriseren
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (v.t.t.)	heb gepulveriseerd	hebt gepulveriseerd	hebt/heeft gepulveriseerd	hebt gepulveriseerd	heeft gepulveriseerd	hebben gepulveriseerd	hebben gepulveriseerd	hebben gepulveriseerd
verleden (v.v.t.)	had gepulveriseerd	had gepulveriseerd	had gepulveriseerd	hadt gepulveriseerd	had gepulveriseerd	hadden gepulveriseerd	hadden gepulveriseerd	hadden gepulveriseerd
toekomend (v.t.t.t.)	zal gepulveriseerd hebben	zal/zult gepulveriseerd hebben	zult/zal gepulveriseerd hebben	zult gepulveriseerd hebben	zal gepulveriseerd hebben	zullen gepulveriseerd hebben	zullen gepulveriseerd hebben	zullen gepulveriseerd hebben
voorwaardelijk (v.v.t.t.)	zou gepulveriseerd hebben	zou gepulveriseerd hebben	zou/zoudt gepulveriseerd hebben	zoudt gepulveriseerd hebben	zou gepulveriseerd hebben	zouden gepulveriseerd hebben	zouden gepulveriseerd hebben	zouden gepulveriseerd hebben
onpersoonlijke lijdende vorm gepulveriseerd worden
	onvoltooid				voltooid
tegenwoordig	er wordt gepulveriseerd				er is gepulveriseerd
verleden	er werd gepulveriseerd				er was gepulveriseerd
toekomend	er zal gepulveriseerd worden				er zal gepulveriseerd zijn
voorwaardelijk	er zou gepulveriseerd worden				er zou gepulveriseerd zijn
lijdende vorm gepulveriseerd worden
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		gepulveriseerd worden			gepulveriseerd te worden
	toekomend		gepulveriseerd zullen worden			gepulveriseerd te zullen worden
voltooid	tegenwoordig		gepulveriseerd zijn			gepulveriseerd te zijn
	toekomend		gepulveriseerd zullen zijn			gepulveriseerd te zullen zijn
	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (o.t.t.)	word gepulveriseerd	wordt gepulveriseerd	wordt gepulveriseerd	wordt gepulveriseerd	wordt gepulveriseerd	worden gepulveriseerd	worden gepulveriseerd	worden gepulveriseerd
verleden (o.v.t.)	werd gepulveriseerd	werd gepulveriseerd	werd gepulveriseerd	werdt gepulveriseerd	werd gepulveriseerd	werden gepulveriseerd	werden gepulveriseerd	werden gepulveriseerd
toekomend (o.t.t.t.)	zal gepulveriseerd worden	zult gepulveriseerd worden	zult gepulveriseerd worden	zult gepulveriseerd worden	zal gepulveriseerd worden	zullen gepulveriseerd worden	zullen gepulveriseerd worden	zullen gepulveriseerd worden
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou gepulveriseerd worden	zou gepulveriseerd worden	zou/zoudt gepulveriseerd worden	zoudt gepulveriseerd worden	zou gepulveriseerd worden	zouden gepulveriseerd worden	zouden gepulveriseerd worden	zouden gepulveriseerd worden
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (v.t.t.)	ben gepulveriseerd	bent gepulveriseerd	bent/is gepulveriseerd	zijt gepulveriseerd	is gepulveriseerd	zijn gepulveriseerd	zijn gepulveriseerd	zijn gepulveriseerd
verleden (v.v.t.)	was gepulveriseerd	was gepulveriseerd	was gepulveriseerd	waart gepulveriseerd	was gepulveriseerd	waren gepulveriseerd	waren gepulveriseerd	waren gepulveriseerd
toekomend (v.t.t.t.)	zal gepulveriseerd zijn	zult gepulveriseerd zijn	zult gepulveriseerd zijn	zult gepulveriseerd zijn	zal gepulveriseerd zijn	zullen gepulveriseerd zijn	zullen gepulveriseerd zijn	zullen gepulveriseerd zijn
voorwaardelijk (v.v.t.t.)	zou gepulveriseerd zijn	zou gepulveriseerd zijn	zou/zoudt gepulveriseerd zijn	zoudt gepulveriseerd zijn	zou gepulveriseerd zijn	zouden gepulveriseerd zijn	zouden gepulveriseerd zijn	zouden gepulveriseerd zijn