zn o, bn: petrol (als kleur)
  • pe·trol
  • van Frans  pétrole zn , op te vatten als (verkorting) van petroleum
  • o: naar de kleur van de gelijknamige brandstof als daaraan voor sommige toepassingen een blauwe kleurstof is toegevoegd
m, o enkelvoud meervoud
naamwoord petrol -
verkleinwoord - -

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord

de petrolm

  1. vloeibare brandstof, gemaakt uit aardolie
     Men had de petroltanks laten leeg vloeien en de petrol in brand gestoken.[1]

het petrolo

  1. (kleur) blauw met een groene tint
     Hij gebruikte heldere, zure kleuren: het turkoois van de voorgevel, het zachte citroengeel van de woonkamer dat contrasteert met de kracht van het petrol van de ingang.[2]
stellend
onverbogen petrol
verbogen -
partitief petrols
  1. (kleur) blauw met een groene tint
     De Koninklijke Landmacht schaft de groene baret ruim een jaar na invoering ervan weer af. Alle militairen krijgen in plaats daarvan een blauwgroene (petrol) baret, zodat die duidelijk te onderscheiden is van de groene baret van de commando's.[3]
  • frequentie in teksten in het Nederlands uit België, op een 7-puntsschaal: [4]
        3
  • frequentie in teksten uit België, vergeleken met die in Nederland, op een 7-puntsschaal: [4]
        2
  1.   Weblink bron
    M.E. Belpaire
    Gestalten in 't verleden in: Dietsche Warande en Belfort., jrg. 40 nr. 1 (januari 1939), M.E. Belpaire, Antwerpen, p. 196 op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren  
  2.   Weblink bron
    Jacinthe Gigou
    “Altijd hetzelfde: binnenkijken in het goed geconserveerde huis Durieu” (15 juni 2021) op knack.be
  3.   Weblink bron “Groene baret voor soldaten verdwijnt weer” (25 maart 2005) op nu.nl  
  4. 4,0 4,1
    Ludo Permentier & Rik Schutz
    “Typisch Vlaams. 4000 woorden en uitdrukkingen” (2015), Davidsfonds, Leuven, ISBN 9789059086517, petrol


enkelvoud meervoud
petrol -

petrol

  1. benzine