Nederlands

 
vrouw met parelsnoer om haar hals
Uitspraak
Woordafbreking
  • pa·rel·snoer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord parelsnoer parelsnoeren
verkleinwoord parelsnoertje parelsnoertjes

Zelfstandig naamwoord

het parelsnoero

  1. ketting gemaakt van een groot aantal parels, meestal gedragen door rijkere en chiquere vrouwen
    • Bij de Clintons neemt First Gentleman Bill uit gewoonte de telefoon op. Gelukkig ligt Hillary, in mantelpakje en met parelsnoer, klaar om de telefoon uit zijn handen te rukken. ‘Vanaf nu draait het altijd om mij’, aldus Clinton. [2] 
  2. (figuurlijk) iets wat lijkt op een reeks met elkaar verbonden parels
    • Elke tram van lijn 1 krijgt op drie plaatsen infoschermen met reisinformatie. ‘Tussen twee haltes krijgen reizigers een parelsnoer met de haltes te zien. Als de tram een halte nadert, verschijnt een melding welke halte het is’, zegt Davy Van Swael van De Lijn Oost-Vlaanderen. [3] 
  3. een reeks van mooie dingen
    • De gemeente Losser zette zich ooit neer als een parelsnoer, met de Dinkel als verbindende factor. Sinds enkele maanden heeft de gemeente er een nieuw pareltje bij: kulturhus Trefhuus in Overdinkel. ,,En het is aan ons om die parel verder te laten glanzen", zegt Hans ter Heijne, voorzitter van het stichtingsbestuur. [4] 
Synoniemen
Hyperoniemen

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Volkskrant 1 augustus 2016,
  3. de Standaard WOENSDAG 21 DECEMBER 2016
  4. Tubantia 09-mei-2017

Gangbaarheid