paradijsvogels
- (IPA in voorbereiding)
- pa·ra·dijs·vo·gels
- samenstelling van paradijs zn en vogels zn
- paradijsvogel zn met de uitgang -s
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | paradijsvogels | |
verkleinwoord |
de paradijsvogels mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord paradijsvogel
- meervoudsvorm als officiële benaming (zangvogels) Paradisaeidae een familie van vogels uit de orde zangvogels, die vrijwel beperkt is tot Nieuw-Guinea en omringende eilanden, en het noordoosten van Australië. Enkele soorten komen ook op de Molukken voor. De paradijsvogels zijn uitgedost met zeer weelderige veren. Dit is het resultaat van ver doorgeschoten seksuele selectie wat mogelijk was door het ontbreken van natuurlijke vijanden
- [2] zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
- [2] arfakastrapia, arfakparotia, Berlepsch' zesdradige paradijsvogel, blauwe paradijsvogel, Bruijns sikkelsnavel, bruine sikkelsnavel, Carola's parotia, geelkraagparadijsvogel, geelstaartsikkelsnavel, glansparadijskraai, Goldie's paradijsvogel, grote kraagparadijsvogel, grote paradijsvogel, halmaheraparadijskraai, helenaparotia, huonastrapia, huonparotia, jobiparadijskraai, Keizer Wilhelms paradijsvogel, kleine kraagparadijsvogel, kleine paradijsvogel, Koning Willem III-paradijsvogel, koningsparadijsvogel, kortstaartparadigalla, kroeskopparadijskraai, langstaartparadigalla, Lawes' parotia, lintstaartastrapia, obiparadijskraai, oostelijke geweervogel, prachtastrapia, prachtgeweervogel, Raggi's paradijsvogel, rode paradijsvogel, ruwhalsparadijskraai, schildgeweervogel, stephanie-astrapia, tagulaparadijskraai, trompetparadijskraai, twaalfdradige paradijshop, Victoria's geweervogel, Wallace' paradijsvogel, westelijke kraagparadijsvogel, wilhelminaparadijsvogel, Wilsons paradijsvogel, wimpeldrager, zwarte sikkelsnavel
- Het woord paradijsvogels staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.