jobiparadijskraai
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- jo·bi·pa·ra·dijs·kraai
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van Jobi en en paradijskraai zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | jobiparadijskraai | jobiparadijskraaien |
verkleinwoord | jobiparadijskraaitje | jobiparadijskraaitjes |
Zelfstandig naamwoord
- (zangvogels) Manucodia jobiensis een zangvogel uit de familie Paradisaeidae (paradijsvogels). Deze soort is endemisch in noordelijk Nieuw-Guinea
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'jobiparadijskraai' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.