• ont·ering
enkelvoud meervoud
naamwoord ontering onteringen
verkleinwoord onterinkje onterinkjes

de onteringv

  1. het op een onbeschofte, brutale, beledigende manier met iets of iemand omgaan die in hoog aanzien staan
    • De SGP in Capelle aan den IJssel heeft tevergeefs gepleit voor een vloekverbod. De streng christelijke partij vindt zo'n regel 'een krachtig signaal om de taalverruwing in de openbare ruimte tegen te gaan'. Het voornaamste doel van een vloekverbod is het tegengaan van 'ontering van de naam van God'. [2] 
    • Ook de bewoners van het plaatsje zijn woedend. ,,Zelfs al deed het koppel maar alsof, dan nog voelde het aan als een ontering van de kerk. De priester en de burgemeester konden niet anders dan beslissen dat er geen buitenlandse huwelijken meer plaats mogen vinden", meldt de Britse krant The Sun. [3] 
    • Volgens Van Oosten is de zedenwetgeving dringend aan modernisering toe. 'De zedenwet stamt nog uit de tijd van vóór internet. Nu weten we dat in de virtuele wereld minder drempels bestaan om kinderen op zo'n onterende manier te benaderen.' [4] 
    • Die androïden worden vertolkt door bekende acteurs. Hun ontering is daardoor voor de kijker extra moeilijk te verkroppen. Westworld sluit zo aan op een discussie over seksrobots. Er zijn feministen die vinden dat die verboden moeten worden. Ze betogen dat de objectificatie van seksrobots zal aanzetten tot nadere objectificatie van de vrouw. [5] 
89 % van de Nederlanders;
89 % van de Vlamingen.[6]