• nijg

nijg

  1. met veel gedrevenheid
  2. in hoge mate
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen nijg nijger nijgst
verbogen nijge nijgere nijgste

nijg

  1. (jongerentaal) bijzonder aantrekkelijk
vervoeging van
nijgen

nijg

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nijgen
    • Ik nijg. 
  2. gebiedende wijs van nijgen
    • Nijg! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nijgen
    • Nijg je? 
65 % van de Nederlanders;
77 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be