must-have

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  must-have    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈmʏsthɛf / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• must-have

Woordherkomst en -opbouw

• van Engels must-have

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	must-have	must-haves
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de must-have m

1. iets wat niet mag ontbreken
   Oorspronkelijk in een strikte betekenis als tegenstelling tot iets wat alleen maar wenselijk is, maar geleidelijk ook vaak in de meer overdrachtelijke betekenis "iets dat heel erg wenselijk is, iets wat erg in de mode is".

   ▸ Andere respondenten geven aan dat een evenwichtige vertegenwoordiging hun voorkeur heeft, maar dat inhoudelijke expertise voor de gevraagde positie leidend is: kwaliteit is een must-have en diversiteit een nice-to-have.

   ▸ Een paar zilverkleurige laarsjes kost 17 euro (een ‘must-have’, volgens tijdschrift Grazia), een coltrui 6 euro, een mannenwinterjas 25 euro.

   ▸ Zzp’en met een kind is blind vliegen. Must-haves zijn: genoeg luiers in huis, brood op de plank zodat je niet noodgedwongen naar de winkel hoeft.

Antoniemen

• nice-to-have

Verwante begrippen

• hebbeding
• must
• must-see

	stellend
onverbogen	must-have
verbogen	-

Bijvoeglijk naamwoord

must-have

1. onmisbaar, beslist noodzakelijk

   ▸ Bovendien fluctueert de winst van traditionele uitgeefproducten als publiekstijdschriften en dagbladen, die VNU vorig jaar heeft verkocht, met het economisch tij. Als het slechter gaat met de economie, dalen immers de advertentie-inkomsten. Bij marketing-informatie gaat het daarentegen om onmisbare (`must-have’) gegevens. Managers vertrouwen natuurlijk op hun intuïtie, maar zien die het liefst ook onderbouwd met cijfers.

2. (figuurlijk) heel sterk begeerd of aanbevolen

   ▸ Fashionistas over de hele wereld staan in de rij voor de designer ballerina’s van Marc Jacobs, Miu Miu, London Sole en die van de populaire online shop www.prettyballerinas.com, waar zelfs keus is uit ruim veertig verschillende stijlen. Ze zijn ongetwijfeld de must-have schoen van dit jaar.

Synoniemen

• onontbeerlijk

Gangbaarheid

• Het woord must-have staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.