laatdunkendheid
- laat·dun·kend·heid
- afleiding van laatdunkend met het achtervoegsel -heid[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | laatdunkendheid | |
verkleinwoord |
de laatdunkendheid v
- het jezelf verheven voelen boven de rest van de mensen
- Twee dagen later brengt Pence een bezoek aan EU-president Donald Tusk en zegt naderhand dat de VS een volledige partner van de Europese Unie zal blijven. Niets te bekennen van de eerdere laatdunkendheid die Trump koesterde ten opzichte van de EU. [2]
- Dat clichébeeld werkt evenzeer door in de politieke analyses van de problemen in de samenleving. Hogeropgeleide middenklassers kunnen de politieke keuzes van de lageropgeleiden doorgaans rustig negeren, paternalistisch omzeilen of laatdunkend bekritiseren. De legitieme zorgen van de arbeidersklasse – over werkgelegenheid, de negatieve gevolgen van globalisering, de onzekere levenskwaliteit van hun kinderen – worden weggezet als bekrompen vooringenomenheid van een groepje dwazen. [3]
- onbeschaamdheid, aanmatiging, zelfgenoegzaamheid, zelfoverschatting, pedanterie, inbeelding, hoogmoed, eigendunk, trots, dedain, arrogantie, verwaandheid, ijdelheid
1.
- Het woord laatdunkendheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia Ruben Koenes 20-02-17 Mike Pence: redder of opvolger van Trump?
- ↑ De Standaard 16 MAART 2018 ‘Temptation island’: lachen met lageropgeleiden