kleine ruit
- Geluid: kleine ruit (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
- klei·ne ruit
- verbinding van kleine en ruit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kleine ruit | kleine ruiten |
verkleinwoord | klein ruitje | kleine ruitjes |
- (bloemplanten) Thalictrum minus een overblijvend kruid uit de ranonkelfamilie (Ranunculaceae ). De plant, die een hoogte van 30 tot 100 cm kan bereiken, heeft gladde, ondiep geribde, rechtopstaande stengels met samengestelde bladeren . De geelachtige bloemen zijn tweeslachtig, ze hangen voorover in wijdvertakte losse pluimen. Kleine ruit bloeit van maart tot eind augustus; de meeldraden zijn opvallend lang
- Het woord 'kleine ruit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] kleine ruit in het Nederlands Soortenregister N
- [1] kleine ruit op Wikidata
- [1] kleine ruit op "Wilde planten in Nederland en België" ♣