Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • jaag·lijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jaaglijn jaaglijnen
verkleinwoord jaaglijntje jaaglijntjes

Zelfstandig naamwoord

de jaaglijnv / m

  1. (scheepvaart) een voor het scheepsjagen gebruikt sleeptouw
    • De boot aan de jaaglijn werd door een jaagpaard getrokken. 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

57 % van de Nederlanders;
67 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be