• hok·vast
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen hokvast hokvaster (hokvastst) *
verbogen hokvaste hokvastere (hokvastste) *
partitief hokvasts hokvasters -

hokvast

  1. van duiven dat ze altijd terugkomen naar hun eigen duiventil
     Duiven die verwilderen en dus niet echt hokvast meer zijn, overleven gemakkelijk in de vrije natuur of in steden, waar ze voor veel overlast zorgen. Daarom heeft de overheid beslist om drie weken lang de jacht open te stellen op ‘wilde’ duiven.[2]
  2. (figuurlijk) van mensen dat ze zeer gehecht zijn aan de eigen woon- of verblijfplaats
  • Omdat "-stst" moeilijk is uit te spreken en te verstaan kan voor de overtreffende trap beter de omschrijving "meest hokvast(e)" worden gebruikt. [3] [4]
60 % van de Nederlanders;
51 % van de Vlamingen.[5]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    red
    “Duivenbond: ‘Hou prijsduiven binnen’” (13/12/2016), De Standaard
  3.   Weblink bron
    W. Haeseryn e.a.
    “6.4.3.1.2 Omschrijving van de trappen van vergelijking met meer en meest.” (januari 2019), punt 4 op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
  4.   Weblink bron “Omschreven trappen van vergelijking (algemeen)”, punt 3. op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)
  5.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be