Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hei·lig·ver·kla·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord heiligverklaring heiligverklaringen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

heiligverklaring v [1]

  1. (religie) officiële verklaring van de paus dat iemand als heilige vereerd mag worden door de gehele kerk
     Aartsbisschop Fulton Sheen (1895-1979) maakt kans de eerste heilige met een Emmy-award te worden. Omdat paus Franciscus een wonder van hem heeft erkend zal hij binnenkort zalig worden verklaard, de eerste stap op pad naar een heiligverklaring.[2]
     Driscoll is er morgen bij als Brandsma in Rome heilig wordt verklaard: "Dat wordt een bijzondere dag. Er gaan zo'n zeventig mensen met me mee: familie natuurlijk, maar ook een van de artsen die me behandelden toen ik ziek was. Een heiligverklaring duurt jaren en tegen de tijd dat het zover is zijn de betrokkenen vaak al lang overleden. Ik heb de eer om bij de heiligverklaring van 'mijn' Titus te zijn en kan niet wachten tot het zover is."[3]
  2. (figuurlijk) iemand als onfeilbaar beschouwen
     De 'heiligverklaring' van de reactionaire Stolypin is niet toevallig, zegt historicus Salavat Ischakov, onderzoeker aan het Instituut voor Russische Geschiedenis van de Academie van Wetenschappen en specialist op het gebied van de revoluties van 1905 en 1917.[4]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Fulton Sheen kan eerste heilige met Emmy worden” (07-07-2019), NOS
  3.   Weblink bron
    Liedeke Morssinkhof
    “Priester Titus Brandsma morgen heilig verklaard, genezen Amerikaan is erbij” (14 mei 2022), NOS
  4. “Het brilletje van Tsjechov : reizen door Rusland” (2014), Atlas Contact  , ISBN 9789045024875