heidefamilie
- (IPA in voorbereiding)
- hei·de·fa·mi·lie
- samenstelling van heide zn en familie zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | heidefamilie | heidefamilies |
verkleinwoord | heidefamilietje | heidefamilietjes |
de heidefamilie v
- (bloemplanten) een familie Ericaceae van bedektzadige veelal houtige maar ook kruidachtige planten. De familie komt wereldwijd voor, maar zelden in tropisch laagland
- Andromeda, bosbes, dophei, rododendron, wintergroen
- aardbeiboom, berendruif, eenbloemig wintergroen, eenzijdig wintergroen, Griekse aardbeiboom, kraaihei, lepelboom, rode dophei, rotsheide, stofzaad, struikhei
- Het woord 'heidefamilie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.