Nederlands

 
een geleed insect
Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·leed
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen geleed geleder geleedst
verbogen gelede geledere geleedste
partitief geleeds geleders -

Bijvoeglijk naamwoord

geleed

  1. (dierkunde) betrekking hebbend op dieren waarvan het lichaam uit verschillende met elkaar verbonden delen bestaat (met name insecten)
  2. bestaande uit verschillende met elkaar verbonden delen
    • Dit is een Googlie, 33 centimeter hoog. Ze heeft een hoofd van ongeglazuurd porselein (bisque) met naar rechts kijkende slaapogen, een geleed compositielichaam en een gesloten halfmaanvormig mondje. [4] 
Synoniemen
Antoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

75 % van de Nederlanders;
78 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen