Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • geld·een·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord geldeenheid geldeenheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de geldeenheidv

  1. (economie) de basis van het muntstelsel van een of meer naties
     Aanvankelijk was de bitcoin een speeltje voor nerds, maar de afgelopen jaren accepteerden steeds meer webshops de munt. Omdat de geldeenheid niet wordt uitgegeven door banken, is er ook geen toezicht op. Dat maakt de munt gevoelig voor koersschommelingen en populair bij criminelen.[1]
     De virtuele munt bitcoin staat centraal in een groot FIOD-onderzoek naar illegale handel en witwaspraktijken. Tien mensen zijn al opgepakt. De bitcoin is geliefd bij criminelen, omdat de geldeenheid niet wordt uitgegeven door banken en er dus geen toezicht op is. Bitcoins gaan heen en weer in een gesloten systeem van gebruikers. Er komen geen autoriteiten aan te pas.[2]
     Na de oorlog wordt DNB in 1948 genationaliseerd. De officiële taak van de bank wordt "de waarde van de Nederlandse geldeenheid te reguleren op zodanige wijze als voor 's lands welvaart het meest dienstig is, en daarbij die waarde zoveel mogelijk te stabiliseren". In de naoorlogse periode speelt de bank een grote rol in de ongekende economische vooruitgang.[3]
Hyponiemen


Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Bedenker bitcoin onthult identiteit” (Maandag 2 mei 2016, 09:20), NOS
  2.   Weblink bron “Bitcoins en dark web: een goed huwelijk” (Woensdag 20 januari 2016, 08:41), NOS
  3.   Weblink bron “200 jr DNB: gulden tot kredietcrisis” (Donderdag 24 april 2014, 05:42), NOS