gegeven
- Geluid: gegeven (hulp, bestand)
- IPA: / ɣəˈɣevə(n) / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /χəˈχevə(n)/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ɣəˈɣevə(n)/
- ge·ge·ven
- In de betekenis van ‘grootheid, bekend geval’ voor het eerst aangetroffen in 1872 [1]
- vervoeging van geven: de stam met omvoegsel ge- -en [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gegeven | gegevens |
verkleinwoord | gegeventje | gegeventjes |
het gegeven o
- een bekend geval of feit
- Om een goed opstel te schrijven heeft men veel gegevens nodig.
- wordt meestal in het meervoud gebruikt: gegevens
1. een bekend geval of feit
vervoeging van: | geven… |
geen verbogen vorm |
gegeven
- voltooid deelwoord van geven
stellend | |
---|---|
onverbogen | gegeven |
verbogen | - |
partitief | gegevens |
gegeven
vervoeging van: | geven… |
geen verbogen vorm |
gegeven
- voltooid deelwoord van geven
- Men moet een gegeven paard niet in de bek zien/kijken.
met een cadeau moet je blij zijn en er niet te kritisch naar kijken
- een gegeven moment
ooit
- • Misschien zou ik me op een gegeven moment vervelen met alleen mijn eigen gedachten als vermaak [3]
- Het woord gegeven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gegeven" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "gegeven" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ gegeven op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors: Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada, 2018
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be