fopperij
- fop·pe·rij
- Naamwoord van handeling van foppen met het achtervoegsel -erij[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fopperij | fopperijen |
verkleinwoord | fopperijtje | fopperijtjes |
de fopperij v
- iets waarmee je iemand probeert te foppen, te bedriegen of beet te nemen
- Tegenstanders zeggen dat de Grondwet nu via de achterdeur toch is ingevoerd, omdat in het opvolgingsverdrag van Lissabon eigenlijk hetzelfde staat. Is het fopperij? [2]
- Dit soort fopperij is onverdedigbaar, gezien de maatschappelijke kosten van de overmatige consumptie van suiker, zout en vet. Het Europees Hof van Justitie verbood in 2015 misleidende suggesties op verpakkingen: 'De etikettering van een levensmiddel mag de consument niet misleiden door de indruk te wekken dat het een ingrediënt heeft dat het in werkelijkheid niet bevat.' [3]
- flessentrekkerij, geknoei, misleiding, bedrog, bedrog, afzetterij, verlakkerij, verneukerij, goochelarij, bedriegerij, truc
- Het woord fopperij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "fopperij" herkend door:
88 % | van de Nederlanders; |
84 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ HP de Tijd 29 MEI 2009 ‘Brussel heeft geen gezicht’
- ↑ Het Parool JAAP SEIDELL 1 FEBRUARI 2018 Antwoord op al je vragen over voeding en gezondheid
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be