Frans

Uitspraak
Woordafbreking
  • fil
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  fil     le fil     fils     les fils  

Zelfstandig naamwoord

fil m

  1. draad
  2. (figuurlijk) snede (van een mes of steekwapen)
  3. (figuurlijk) (water)stroming
Uitdrukkingen en gezegden
  • le coup de fil
het telefoongesprek, telefoontje
  • au fil du temps
in de loop van de tijd
  • le fil rouge
de rode draad

Verwijzingen


Oezbeeks

Zelfstandig naamwoord

fil

  1. (slurfdieren) olifant
Schrijfwijzen
  • Cyrillische transcriptie: фил.


Turks

enkelvoud meervoud
nominatief   fil     filler  
genitief   filin     fillerin  
datief   file     fillere  
accusatief   fili     filleri  
locatief   filde     fillerde  
ablatief   filden     fillerden  

Zelfstandig naamwoord

fil

  1. (slurfdieren) olifant
  2. (schaak) loper