oefening op de evenwichtsbalk
  • even·wichts·balk
enkelvoud meervoud
naamwoord evenwichtsbalk evenwichtsbalken
verkleinwoord

de evenwichtsbalkm

  1. (sport) een turntoestel dat bij het damesturnen wordt gebruikt
    • Sanne Wevers is de eerste Nederlandse vrouw die een olympische medaille wint bij het turnen. Onder toezicht van de koning en koningin wint ze goud op de evenwichtsbalk.[2] 
  2. (figuurlijk) een actie waarbij het nauw luistert of men niet te veel of juist te weinig doet
    • Het was een oefening op de evenwichtsbalk voor de Amerikaanse president Obama. Het land moet worden beschermd en daarvoor is een sterk inlichtingenapparaat nodig. Maar door de komst van supercomputers is er het gevaar ontstaan dat de spionagedienst NSA te diep doordringt in het leven van burgers. Daarom maakte Obama vrijdag een aantal hervormingen bekend die paal en perk moeten stellen aan zijn activiteiten.[3]  
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC 16 augustus 2016
  3. Volkskrant 18 januari 2014