driehoeksmeting
- drie·hoeks·me·ting
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | driehoeksmeting | driehoeksmetingen |
verkleinwoord |
de driehoeksmeting v
- (wiskunde) meetmethode die gebruikmaakt van het feit dat een driehoek volledig bepaald is als één zijde (de basis) en de aanliggende hoeken bekend zijn
- [2]
- De jongeren stellen veel vragen en willen alles weten over „de magische driehoek”: de driehoeksmeting waarmee de spiegels automatisch ‘weten’ onder welke hoek ze de zonnestralen het meest effectief kunnen opvangen om naar de boilers te weerspiegelen. Heel langzaam bewegen de duo’s van spiegels. Onzichtbaar volgen ze de zon, altijd met een oog op de toren die het licht ontvangt.[3]
- landmeetkunde: het opmeten van een stuk grond met behulp van een stelsel van driehoeken
- Door de signalen van de Amerikaanse Ligo-detector te combineren met die van de Europese Virgo, kon via driehoeksmeting een stukje zuidelijke sterrenhemel worden aangewezen waar het signaal vandaan moest zijn gekomen. Daar, op een relatief korte afstand van 130 miljoen lichtjaar van de aarde, bevinden zich twee spiraliserende ‘objecten’ met een massa van ongeveer 1,1 tot 1,6 keer die van de zon, wat duidt op neutronensterren.[4]
- Door eenmaal een zijde van een driehoek (de basis) nauwkeurig te meten, kon volgens de stelling van Pythagoras, a2 + b2 is gelijk aan c2, worden volstaan met het meten van louter hoeken om de afstanden tussen honderden kerktorens verspreid over het hele land te berekenen. De driehoeksmetingen van Kraijenhoff leverden behalve een nieuwe kaart van de Republiek, het eerste landsdekkende driehoeksnet op. Een uitstekend referentiestelsel ten behoeve van bijvoorbeeld het kadaster, (water)bouwkundige ingrepen en navigatie.[5]
- [1] trigonometrie
- [2] triangulatie
1.deel van de wiskunde
1. landmeetkundige methode
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord driehoeksmeting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.