dreinerig
- drei·ne·rig
- Naamwoord van handeling van dreinen met het achtervoegsel -erig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | dreinerig | dreineriger | dreinerigst |
verbogen | dreinerige | dreinerigere | dreinerigste |
partitief | dreinerigs | dreinerigers | - |
dreinerig [1]
- op een plagende manier
- Na de wedstrijd, ternauwernood door Manchester met 2-1 gewonnen, ging Evra zo heel zeikerig en dreinerig voor Suarez lopen dansen en juichen. Een beetje racist had hem een schop gegeven, zo ongenadig hard en puntig dat acht wedstrijden schorsing achteraf een kleinigheid zouden lijken. [2]
- op een zeurende manier
- Veelbetekenend wat dat betreft is het openingsnummer Bloom: een hortend staaltje elektrojazz, opgetrokken rond een ingewikkeld, syncopische beat, vervlochten met de gedragen, bij vlagen dreinerige zang van Thom Yorke. Een statement dat lijkt te zeggen: wie hier voor gemakkelijk te verteren popmuziek aanklopt, is aan het verkeerde adres. [3]
- Het woord dreinerig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "dreinerig" herkend door:
83 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia Peter Middendorp 13-02-12 'Suarez dacht terecht 'bekijk het lekker' toen Evra zijn hand uitstak'
- ↑ Het Parool 23 FEBRUARI 2011 pop-radiohead-the-king-of-limbs
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be