doorleveren/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van doorleveren
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		doorleveren			door te leveren
	toekomend		zullen doorleveren door zullen leveren			te zullen doorleveren door te zullen leveren
voltooid	tegenwoordig		doorgeleverd			te doorgeleverd
	toekomend		doorgeleverd zullen			doorgeleverd te zullen
	onvoltooid deelwoord		voltooid deelwoord			gebiedende wijs		aanvoegende wijs
	doorleverend		doorgeleverd			ev. lever door	mv. verouderd levert door	levere door (bijzin) doorlevere
aantonende wijs	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
hoofdzin	ik	jij, je	u	gij, ge	hij, zij, het	wij, we	jullie	zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.)	lever door	levert door	levert door	levert door	levert door	leveren door	leveren door	leveren door
verleden (o.v.t.)	leverde door	leverde door	leverde door	leverde door	leverde door	leverden door	leverden door	leverden door
toekomend (o.t.t.t.)	zal doorleveren	zult/zal doorleveren	zult/zal doorleveren	zult doorleveren	zal doorleveren	zullen doorleveren	zullen doorleveren	zullen doorleveren
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou doorleveren	zou doorleveren	zou(dt) doorleveren	zoudt doorleveren	zou doorleveren	zouden doorleveren	zouden doorleveren	zouden doorleveren
bijzin	.. dat ik	.. dat jij, je	.. dat u	.. dat gij	.. dat hij, zij, het	.. dat wij	.. dat jullie	.. dat zij
tegenwoordig (o.t.t.)	doorlever	doorlevert	doorlevert	doorlevert	doorlevert	doorleveren	doorleveren	doorleveren
verleden (o.v.t.)	doorleverde	doorleverde	doorleverde	doorleverde	doorleverde	doorleverden	doorleverden	doorleverden
toekomend (o.t.t.t.)	zal doorleveren door zal leveren	zult/zal doorleveren door zult/zal leveren	zult/zal doorleveren door zult/zal leveren	zult doorleveren door zult leveren	zal doorleveren door zal leveren	zullen doorleveren door zullen leveren	zullen doorleveren door zullen leveren	zullen doorleveren door zullen leveren
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou doorleveren door zou leveren	zou doorleveren door zou leveren	zou(dt) doorleveren door zou(dt) leveren	zoudt doorleveren door zoudt leveren	zou doorleveren door zou leveren	zouden doorleveren door zouden leveren	zouden doorleveren door zouden leveren	zouden doorleveren door zouden leveren
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij