Latijn

Zelfstandig naamwoord

cūra v

  1. zorg
Verwante begrippen
Verbuiging



Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • cu·ra
enkelvoud meervoud
cura curas

Zelfstandig naamwoord

cura m

  1. (religie) pastoor, priester
Synoniemen

cura v

  1. (fruit) avocado
  2. (medisch) kuur, behandeling
Synoniemen

Werkwoord

vervoeging van
curar

cura

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van curar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van curar