bovendeks
  • bo·ven·deks
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen bovendeks bovendekser bovendekst
verbogen bovendekse bovendeksere bovendekste
partitief bovendeks bovendeksers -

bovendeks [1]

  1. (scheepvaart) boven op het dek van een schip
    • Sturen geschiedt bovendeks, waar zelfs met gesloten cabrioletkap ruim voldoende stahoogte is. Onder de riante rondzitbank is veel bergruimte en ook de ruime stuurbank die over een behoorlijke lengte verschuifbaar is, beschikt over comfortabele kussens. [2] 
    • De Jeanneau 51 oogt niet alleen fraai, maar biedt zowel bovendeks als onderdeks ongekend veel ruimte. [3] 
    • Wat ik erg mis is een douche, we zijn net de evenaar door, het is ontzettend warm bovendeks en onderdeks nog veel erger. De ventilator bij ons bed maakt overuren want die kan echt geen minuut uit. [4] 
    • Bovendeks giert de wind en word je kleddernat. Onderdeks zie je geen golven aankomen en kun je onverwachts worden rondgesmeten. In je kooi ben je veilig. Dus pak je alle rust die je kunt krijgen. [5] 
97 % van de Nederlanders;
93 % van de Vlamingen.[6]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. De Telegraaf ALFRED J. BOER 27 nov. 2016 Britse waar voor je geld
  3. De Telegraaf ALFRED J. BOER 10 jun. 2017 Fraaie Francaise
  4. De Telegraaf 18 feb. 2018 Spugende regenwolken
  5. De Telegraaf 04 apr. 2018 Gemengde gevoelens
  6.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be