boerenwoning
  • boe·ren·wo·ning
enkelvoud meervoud
naamwoord boerenwoning boerenwoningen
verkleinwoord boerenwoninkje boerenwoninkjes

de boerenwoningv

  1. woning voor een agrariër
     Ook zijn huis is het toonbeeld van een traditionele boerenwoning.[2]
     Dinsdag kwamen de schilderijen binnen. Het zijn de werken Schaapherder en Boerenwoning, die Van Gogh in Nuenen schilderde.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Het brilletje van Tsjechov : reizen door Rusland” (2014), Atlas Contact  , ISBN 9789045024875
  3.   Weblink bron “Miljardair leent Van Goghs uit” (16-01-2014), NOS