Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hof·ste·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hofstede hofstedes
hofsteden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de hofstedev / m

  1. een boerderij, buitenplaats of kasteel
    • Wat de functie ook is van een hofstede het gaat altijd om een defitg gebouw in de landelijke omgeving. 

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
87 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be