basisonderwijs
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ba·sis·on·der·wijs
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van basis en onderwijs
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | basisonderwijs | - |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het basisonderwijs o
- (onderwijs) de reguliere scholing voor kinderen van 4 tot 12 jaar, dat op de basisschool gegeven wordt
- Na het basisonderwijs kom je op het voortgezet onderwijs.
Vertalingen
1. scholing voor kinderen van 4 tot 12 jaar
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord basisonderwijs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.