autoverhuur
- Geluid: autoverhuur (hulp, bestand)
- au·to·ver·huur
- samenstelling van auto zn en verhuur zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | autoverhuur | |
verkleinwoord |
de autoverhuur m
- het tegen een financiële vergoeding voor een korte tijd beschikbaar stellen van een auto aan een huurder
- ▸ "Het is een enorme puinhoop in Frankrijk", zegt correspondent Frank Renout in het NOS Radio 1 Journaal. "Mensen moeten alternatieven zoeken omdat ze de trein niet kunnen nemen. De autoverhuur piekt. Gisteravond ontstonden er al enorme files en de verwachting is dat dat vandaag ook gebeurt."[1]
- (economie) (verkeer) bedrijf die auto's verhuurt
- ▸ Buurtbewoner Tim, die niet met zijn achternaam genoemd wil worden, had al eerder zijn twijfels. "Ik werk zelf bij de Rotterdamse haven, in de autoverhuur. Ik breng heel veel huurauto's rond voor kraanmachinisten die hun kraan op locatie laten staan en met de huurauto naar huis gaan.[2]
- Het woord autoverhuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron “Helft treinen geannuleerd, autoverhuur Frankrijk piekt in kerstweekeinde” (21-12-2019), NOS
- ↑ Weblink bron “Deel hijskraan gevallen in Etten-Leur, geen gewonden” (ZA 29 MEI 2021), NOS