anodiseren/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van anodiseren | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||
onvoltooid | tegenwoordig | anodiseren | te anodiseren | ||||||
toekomend | zullen anodiseren | te zullen anodiseren | |||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben geanodiseerd | te hebben geanodiseerd | ||||||
toekomend | geanodiseerd zullen hebben | geanodiseerd te zullen hebben | |||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||
anodiserend | geanodiseerd | ev. anodiseer |
mv. verouderd anodiseert |
anodisere | |||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||
tegenwoordig (o.t.t.) | anodiseer | anodiseert | anodiseert | anodiseert | anodiseert | anodiseren | anodiseren | anodiseren | |
verleden (o.v.t.) | anodiseerde | anodiseerde | anodiseerde | anodiseerde | anodiseerde | anodiseerden | anodiseerden | anodiseerden | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal anodiseren | zult/zal anodiseren | zult/zal anodiseren | zult anodiseren | zal anodiseren | zullen anodiseren | zullen anodiseren | zullen anodiseren | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou anodiseren | zou anodiseren | zou(dt) anodiseren | zoudt anodiseren | zou anodiseren | zouden anodiseren | zouden anodiseren | zouden anodiseren | |
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb geanodiseerd | hebt geanodiseerd | hebt/heeft geanodiseerd | hebt geanodiseerd | heeft geanodiseerd | hebben geanodiseerd | hebben geanodiseerd | hebben geanodiseerd | |
verleden (v.v.t.) | had geanodiseerd | had geanodiseerd | had geanodiseerd | hadt geanodiseerd | had geanodiseerd | hadden geanodiseerd | hadden geanodiseerd | hadden geanodiseerd | |
toekomend (v.t.t.t.) | zal geanodiseerd hebben | zal/zult geanodiseerd hebben | zult/zal geanodiseerd hebben | zult geanodiseerd hebben | zal geanodiseerd hebben | zullen geanodiseerd hebben | zullen geanodiseerd hebben | zullen geanodiseerd hebben | |
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou geanodiseerd hebben | zou geanodiseerd hebben | zou/zoudt geanodiseerd hebben | zoudt geanodiseerd hebben | zou geanodiseerd hebben | zouden geanodiseerd hebben | zouden geanodiseerd hebben | zouden geanodiseerd hebben | |
onpersoonlijke lijdende vorm geanodiseerd worden | |||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||
tegenwoordig | er wordt geanodiseerd | er is geanodiseerd | |||||||
verleden | er werd geanodiseerd | er was geanodiseerd | |||||||
toekomend | er zal geanodiseerd worden | er zal geanodiseerd zijn | |||||||
voorwaardelijk | er zou geanodiseerd worden | er zou geanodiseerd zijn |