alojzovský

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /alɔjzɔfskiː/

Woordafbreking

• a·loj·zov·ský

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van de eigennaam Alojzov met het achtervoegsel -ský

Bijvoeglijk naamwoord

alojzovský

1. (toponiem) van Alojzov, van Aloisdorf; met betrekking tot Alojzov

Verbuiging

	enkelvoud				meervoud
	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig
	bezield	onbezield			bezield	onbezield
nominatief	alojzovský		alojzovská	alojzovské	alojzovští	alojzovské		alojzovská
genitief	alojzovského		alojzovské	alojzovského	alojzovských
datief	alojzovskému		alojzovské	alojzovskému	alojzovským
accusatief	alojzovského	alojzovský	alojzovskou	alojzovské	alojzovské			alojzovská
vocatief	alojzovský		alojzovská	alojzovské	alojzovští	alojzovské		alojzovská
locatief	alojzovském		alojzovské	alojzovském	alojzovských
instrumentalis	alojzovským		alojzovskou	alojzovským	alojzovskými