aki
- aki
- [1] van Akan akye
- [2] letterwoord van automatische knipperlichtinstallatie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aki | aki's |
verkleinwoord | - | - |
- (bloemplanten) bepaald soort tot 25 m hoge, groenblijvende boom, Blighia sapida met een korte, tot 1,8 m brede stam, een grijze, bijna gladde schors en een brede, dichte kroon
- (spoorwegen) (historisch) (Nederland) beveiliging voor overwegen met rode lichten die als waarschuwing gaan knipperen als een trein nadert
Deze simpele beveiliging zonder slagbomen werd van 1936 tot 2007 gebruikt op spoorwegovergangen met weinig verkeer.
-
1. De vrucht van een aki, Blighia sapida
-
2. Een aki in Friesland rond 1980
- [2] ahob
- Het woord aki staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aki" herkend door:
17 % | van de Nederlanders; |
17 % | van de Vlamingen.[1] |
[2] Aki (knipperlichtinstallatie)
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
aki