akipruim
- Geluid: akipruim (hulp, bestand)
- IPA: / ˈakiˌprœym / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈa.ki.ˌprœʏ̯m/
- aki·pruim
- samenstelling van aki zn en pruim zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | akipruim | akipruimen |
verkleinwoord | - | - |
- (fruit) vrucht van Blighia sapida , die eenmaal rijp niet meer giftig is en op Jamaica als lekkernij wordt beschouwd
- (bloemplanten) bepaald soort tot 25 m hoge, groenblijvende boom, Blighia sapida , met een korte, tot 1,8 m brede stam, een grijze, bijna gladde schors en een brede, dichte kroon
-
1. Een akipruim als een gesloten doosvrucht.
-
1. Een opengesprongen akipruim.
-
2. Een akipruim in Florida.
2. bepaald soort tot 25 m hoge, groenblijvende boom, Blighia sapida
- Het woord 'akipruim' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.