achteruitgang
- Geluid: áchteruitgang (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɑxtərˌœytxɑŋ / (4 lettergrepen)
- Geluid: achterúítgang (hulp, bestand)
- IPA: / ˌɑxtərˈœytxɑŋ / (4 lettergrepen)
- ach·ter·uit·gang
- áchteruitgang: samenstelling van achter bw en uitgang zn
- achterúítgang: samenstelling van achteruit bw en gang zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | achteruitgang | achteruitgangen |
verkleinwoord | achteruitgangetje | achteruitgangetjes |
de áchteruitgang m
- uitgang aan de achterzijde.
- De bezoekers van het brandende café wisten via de achteruitgang te ontsnappen
de achterúítgang m
- verminderde aantrekkelijkheid van de situatie, voortgaande ongunstige verandering
- Ondanks haar lichamelijke achteruitgang, bleef ze heel actief.
- 1. vooruitgang
- 2. vooruitgang, progressie
- 1. uitgang
- 2. ontwikkeling
2. verminderde aantrekkelijkheid van de situatie, afname, voortgaande ongunstige verandering
- Het woord achteruitgang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "achteruitgang" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be