progressie
- Geluid: progressie (hulp, bestand)
- pro·gres·sie
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘voortgang’ voor het eerst aangetroffen in 1540 [1] [2][3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | progressie | progressies |
verkleinwoord | - | - |
de progressie v
- vooruitgang, voortgang
- min of meer evenredige stijging
- [1] vordering
- [1] achteruitgang
- [2] vermindering
- Het woord progressie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "progressie" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ "progressie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ progressie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be