aanduwen
- aan·du·wen
- samenstelling van aan vz en duwen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aanduwen |
duwde aan |
aangeduwd |
zwak -d | volledig |
aanduwen
- vaster duwen
- overgankelijk verplaatsen door te duwen
- Wegens een startprobleem moesten we de auto aanduwen.
1. vaster duwen
- Het woord aanduwen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aanduwen" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be