aandrijven/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van aandrijven | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | aandrijven | aan te drijven | ||||||||
toekomend | zullen aandrijven aan zullen drijven |
te zullen aandrijven aan te zullen drijven | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben aangedreven | te hebben aangedreven | ||||||||
toekomend | aangedreven zullen hebben | aangedreven te zullen hebben | |||||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||||
aandrijvend | aangedreven | ev. drijf aan |
mv. verouderd drijft aan |
drijve aan (bijzin) aandrijve | |||||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
hoofdzin | ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | |||
tegenwoordig (o.t.t.) | drijf aan | drijft aan | drijft aan | drijft aan | drijft aan | drijven aan | drijven aan | drijven aan | |||
verleden (o.v.t.) | dreef aan | dreef aan | dreef aan | dreeft aan | dreef aan | dreven aan | dreven aan | dreven aan | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal aandrijven | zult/zal aandrijven | zult/zal aandrijven | zult aandrijven | zal aandrijven | zullen aandrijven | zullen aandrijven | zullen aandrijven | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou aandrijven | zou aandrijven | zou(dt) aandrijven | zoudt aandrijven | zou aandrijven | zouden aandrijven | zouden aandrijven | zouden aandrijven | |||
bijzin | .. dat ik | .. dat jij, je | .. dat u | .. dat gij | .. dat hij, zij, het | .. dat wij | .. dat jullie | .. dat zij | |||
tegenwoordig (o.t.t.) | aandrijf | aandrijft | aandrijft | aandrijft | aandrijft | aandrijven | aandrijven | aandrijven | |||
verleden (o.v.t.) | aandreef | aandreef | aandreef | aandreef | aandreef | aandreven | aandreven | aandreven | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal aandrijven aan zal drijven |
zult/zal aandrijven aan zult/zal drijven |
zult/zal aandrijven aan zult/zal drijven |
zult aandrijven aan zult drijven |
zal aandrijven aan zal drijven |
zullen aandrijven aan zullen drijven |
zullen aandrijven aan zullen drijven |
zullen aandrijven aan zullen drijven | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou aandrijven aan zou drijven |
zou aandrijven aan zou drijven |
zou(dt) aandrijven aan zou(dt) drijven |
zoudt aandrijven aan zoudt drijven |
zou aandrijven aan zou drijven |
zouden aandrijven aan zouden drijven |
zouden aandrijven aan zouden drijven |
zouden aandrijven aan zouden drijven | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb aangedreven | hebt aangedreven | hebt/heeft aangedreven | hebt aangedreven | heeft aangedreven | hebben aangedreven | hebben aangedreven | hebben aangedreven | |||
verleden (v.v.t.) | had aangedreven | had aangedreven | had aangedreven | hadt aangedreven | had aangedreven | hadden aangedreven | hadden aangedreven | hadden aangedreven | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal aangedreven hebben | zal/zult aangedreven hebben | zult/zal aangedreven hebben | zult aangedreven hebben | zal aangedreven hebben | zullen aangedreven hebben | zullen aangedreven hebben | zullen aangedreven hebben | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou aangedreven hebben | zou aangedreven hebben | zou/zoudt aangedreven hebben | zoudt aangedreven hebben | zou aangedreven hebben | zouden aangedreven hebben | zouden aangedreven hebben | zouden aangedreven hebben | |||
onpersoonlijke lijdende vorm aangedreven worden | |||||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||||
tegenwoordig | er wordt aangedreven | er is aangedreven | |||||||||
verleden | er werd aangedreven | er was aangedreven | |||||||||
toekomend | er zal aangedreven worden | er zal aangedreven zijn | |||||||||
voorwaardelijk | er zou aangedreven worden | er zou aangedreven zijn | |||||||||
lijdende vorm aangedreven worden | |||||||||||
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | aangedreven worden | aangedreven te worden | ||||||||
toekomend | aangedreven zullen worden | aangedreven te zullen worden | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | aangedreven zijn | aangedreven te zijn | ||||||||
toekomend | aangedreven zullen zijn | aangedreven te zullen zijn | |||||||||
enkelvoud | meervoud | ||||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | word aangedreven | wordt aangedreven | wordt aangedreven | wordt aangedreven | wordt aangedreven | worden aangedreven | worden aangedreven | worden aangedreven | |||
verleden (o.v.t.) | werd aangedreven | werd aangedreven | werd aangedreven | werdt aangedreven | werd aangedreven | werden aangedreven | werden aangedreven | werden aangedreven | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal aangedreven worden | zult aangedreven worden | zult aangedreven worden | zult aangedreven worden | zal aangedreven worden | zullen aangedreven worden | zullen aangedreven worden | zullen aangedreven worden | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou aangedreven worden | zou aangedreven worden | zou/zoudt aangedreven worden | zoudt aangedreven worden | zou aangedreven worden | zouden aangedreven worden | zouden aangedreven worden | zouden aangedreven worden | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | ben aangedreven | bent aangedreven | bent/is aangedreven | zijt aangedreven | is aangedreven | zijn aangedreven | zijn aangedreven | zijn aangedreven | |||
verleden (v.v.t.) | was aangedreven | was aangedreven | was aangedreven | waart aangedreven | was aangedreven | waren aangedreven | waren aangedreven | waren aangedreven | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal aangedreven zijn | zult aangedreven zijn | zult aangedreven zijn | zult aangedreven zijn | zal aangedreven zijn | zullen aangedreven zijn | zullen aangedreven zijn | zullen aangedreven zijn | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou aangedreven zijn | zou aangedreven zijn | zou/zoudt aangedreven zijn | zoudt aangedreven zijn | zou aangedreven zijn | zouden aangedreven zijn | zouden aangedreven zijn | zouden aangedreven zijn |