ISO 639-3
orv
bestand
  • Oud·rus·sisch
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Oudrussisch - -
verkleinwoord - - -

het Oudrussischo

  1. geen meervoud (taal) de Oost-Slavische taal waarvan de huidige Oost-Slavische talen afstammen
    • Het Oudrussisch werd van de tiende tot de zeventiende eeuw in grote delen van Oost-Europa gesproken. 
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen Oudrussisch Oudrussischer
verbogen Oudrussische Oudrussischere
partitief Oudrussisch Oudrussischers -
  1. betrekking hebbend op Oudrussisch