Nederlands

 
Uitspraak
Woordafbreking
  • wulk
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘zeeslak’ voor het eerst aangetroffen in 1351-1400
  • Afkomstig van het Middelnederlandse wilken
enkelvoud meervoud
naamwoord wulk wulken
verkleinwoord wulkje wulkjes

Zelfstandig naamwoord

de wulkv / m

  1. (buikpotigen) Buccinum undatum   (of enige verwante soorten), een vrij grote zeeslak uit de Noordzee die eetbaar is en tot de Buccinidae   behoort
    • De wulk wordt in Normandië vaak met mayonaise genuttigd als voorafje. 
Synoniemen
Hyperoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

34 % van de Nederlanders;
60 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be